Diabetes

Belangrijk om te weten:
Omdat diabetespatiënten extra voorzichtig moeten zijn met hun voeten, is het verstandig eelt, likdoorns en moeilijk te knippen nagels niet zelf te verzorgen. Beter is het om een (medisch) pedicure met een diabetesaantekening in te schakelen.

Welke complicaties kunnen er optreden

Als u diabetes heeft, kunnen er veranderingen optreden in (de werking van) uw lichaam. De volgende veranderingen kunnen zich voordoen:

  • Neuropathie
    Neuropathie is een beschadiging van de zenuwen. Als uw zenuwen beschadigen, kan er ongemerkt een verminderd gevoel ontstaan. U voelt bijvoorbeeld een te warm voetenbad, door de zon verhitte tegels of zand, steentjes in uw schoen of drukplekjes niet meer. Hierdoor kunnen (zelfs onder eelt!) ongemerkt wondjes ontstaan die moeilijk genezen.
  • Standafwijkingen
    Als bepaalde zenuwen uitvallen, gaan uw kleine voetspieren slecht werken. Overheersing van de onderbeenspieren kunnen dan leiden tot standsveranderingen in de voet. Dit veroorzaakt drukplekken die kunnen leiden tot eelt, blaren en wonden.
  • Verminderde doorbloeding
    Met diabetes heeft u een grote kans op een verminderde doorbloeding van en naar de voeten. Hierdoor ontstaat een verminderde toevoer van zuurstof en voedingsstoffen naar uw voet. De huid gaat daardoor sneller kapot en wondjes genezen langzaam of zelfs niet.
  • Limited joint mobility
    Bij limited joint mobility is de mobiliteit van uw voetgewrichten beperkt. Hierdoor ontstaan beschadigingen aan de zenuwen. Dit kan tot gevolg hebben dat de stand van uw voet verandert en dat uw gewrichten minder beweeglijk worden. Drukklachten ontstaan hierdoor sneller.
  • Infectie
    Met diabetes bent u vatbaar voor infecties, zoals schimmelinfecties van de huid en/of de nagels.

Eén of meer van bovengenoemde factoren veroorzaken problemen, zoals een kwetsbare huid, overmatige eeltvorming en wondjes. Uiteindelijk kunnen deze problemen leiden tot amputaties. Preventie is daarom van groot belang.

Wat controleer ik als gespecialiseerde voetverzorgster (GVV)

Het is belangrijk om regelmatig uw voeten te laten controleren. Dit wordt de voetscreening genoemd.

  • Inspectie
    Ik controleert uw huid op temperatuur, druk- en eeltplekjes en beoordeelt de stand van uw voeten. Heeft u een afwijkende stand of druk- en eeltplekken? Dan kan ik u adviseren en indien nodig behandelen. Ook kan ik eventuele hulpmiddelen voor u vervaardigen.
  • Gevoel
    Met een stemvork en een mono lament (een soort kunststof draadje) onderzoekt ik het gevoel in uw voeten. Zo wordt bepaald of het gevoel is verminderd.
  • Doorbloeding
    Uw bloedvaten worden gecontroleerd op een goede doorbloeding.
  • Mobiliteit gewrichten
    Het is belangrijk om de beweeglijkheid van uw voeten te testen. Een beperkte mobiliteit van gewrichten leidt namelijk tot een afwijkend afwikkelpatroon van de voet. Dit zorgt voor een toename van druk bij de stijve gewrichten, bijvoorbeeld onder de grote teen. Ik onderzoekt of de gewrichten vrij kunnen bewegen.

Tips voor thuis:

  • Loop nooit op blote voeten.
  • Voel altijd, voordat u uw schoenen aantrekt, of er geen steentjes in uw schoenen zitten.
  • Onderzoek elke dag uw voeten op rode plekjes, blaartjes of wondjes. Geneest een wondje niet binnen zeven dagen? Raadpleeg dan uw huisarts of uw podotherapeut.
  • Was dagelijks uw voeten met hand- warm water, op dezelfde manier zoals u ook uw handen wast.
  • Droog uw voeten zorgvuldig af, vooral tussen uw tenen. Gebruik hiervoor een dunne zachte handdoek, zodat u er goed bij kunt. Zo beschadigt u de huid tussen uw tenen ook minder snel.
  • Neem nooit een voetbad!
  • Houd uw huid soepel door uw voeten dagelijks in te smeren met een zachte crème. Zorg ervoor dat er geen crème tussen de tenen komt. Uw huid kan hierdoor week worden en sneller beschadigen.
  • Trek dagelijks schone, soepele sokken of kousen aan. Deze mogen niet te groot en niet te klein zijn. Zorg ervoor dat de naden van de sokken of kousen niet voor drukplekjes zorgen. Er zijn naadloze sokken en panty’s verkrijgbaar. U kunt uw panty ook binnenstebuiten dragen.
  • Zorg ervoor dat uw schoenen goed passen

Schoenadvies:

  • Beperk het risico op drukplekken met de volgende schoenadviezen:
  • Koop uw schoenen altijd ’s middags. In de loop van de dag worden uw voeten namelijk dikker. Zo koopt u schoenen die goed passen.
  • Loop in de winkel een paar rondjes met beide schoenen aan. Bij twijfel niet kopen. Een goede schoen hoeft u niet in te lopen.
  • Schoenen moeten zowel in de lengte als in de breedte voldoende ruimte bieden. Als u staat, moet de schoen 1 cm langer zijn dan de langste teen. De schoenen mogen nooit te spits toelopen, maar horen in overeenstemming te zijn met de vorm van de voet.
  • Laat uw voeten elk jaar opmeten. Uw voeten veranderen naarmate u ouder wordt.
  • Belangrijk voor de ondersteuning van de voet is dat het contrefort (de hiel- versteviging van de schoen) stevig is. Deze kap zit aan de achterkant van de schoen en mag niet gemakkelijk vervormen.
  • Schoenen met een veter- of klittenbandsluiting hebben over het algemeen een betere pasvorm dan ‘instappers’. De wreefsluiting geeft extra stevigheid aan de voet.
  • De hak van de schoen mag maximaal 2 – 3 cm zijn.Is de hak hoger dan ontstaat een verhoogde druk onder de voorvoet. Voor een goede stabiliteit van de voet dient de hak breed te zijn.
  • Heeft u zolen of ortheses die u wilt dragen in de schoenen? Neem deze dan altijd mee naar de winkel en pas de schoenen met uw zolen of ortheses.
  • Haal een eventueel uitneembaar voetbed uit de schoen als u zolen draagt. Op deze manier verliest u geen ruimte in de schoen. Verzeker u ervan dat de binnenzool vlak is voor u de zool in de schoen plaatst. De zool moet vlak in de schoen liggen.
  • Het is mogelijk dat uw confectie- schoenen niet voldoende bescherming bieden. Uw podotherapeut adviseert u dan om een specialist te raadplegen. Deze bepaalt of u (semi)orthopedische schoenen nodig heeft.